Wan­neer ben ik on­der­ne­mer voor de Be­las­ting­dienst?

Ben je ondernemer voor de btw, dan betekent dat niet automatisch dat je ook ondernemer voor de Belastingdienst bent. Daarvoor moet jouw bedrijf deelnemen aan het ‘economisch verkeer’ en winst maken. Check aan de hand van deze ondernemerscriteria of je wordt gezien als zelfstandig ondernemer.

Hoe kan ik we­ten of ik on­der­ne­mer ben voor de Be­las­ting­dienst?

Om vast te stellen of je ondernemer bent voor de inkomstenbelasting, moet je een aantal belangrijke vragen voor jezelf beantwoorden.

De Belastingdienst kijkt hiervoor naar verschillende zaken. Beantwoord eerst voor jezelf de volgende vier vragen:

  • Maak je winst en zo ja: hoeveel?
    Als je slechts een kleine winst maakt of structureel verlies lijdt, ben je volgens de fiscus geen onderneming.
  • Hoe zelfstandig is jouw onderneming?
    Bepaal jij zelf hoe je jouw werkzaamheden uitvoert en hoe je jouw onderneming inricht? Dan word je sneller gezien als ondernemer.
  • Steek je voldoende tijd in jouw onderneming?
    Ondernemers moeten een minimale hoeveelheid uren werken aan hun bedrijf om aan te tonen dat zij ondernemer voor de Belastingdienst zijn.

    Zo moet je aan het urencriterium van 1.225 uur per kalenderjaar voldoen om in aanmerking te komen voor de fiscale voordelen.

    Verder moet jouw onderneming renderend zijn. Als dit niet het geval is, ziet de fiscus jouw werk als een hobby en val je in een andere categorie van de inkomstenbelasting.

  • Is er sprake van ondernemersrisico?
    Als je het risico loopt dat opdrachtgevers niet betalen voor geleverde diensten en als je afhankelijk bent van de vraag naar en het aanbod van jouw producten of diensten loop je een ondernemersrisico. Wie risico loopt, wordt als ondernemer beschouwd.

Verder kijkt de Belastingdienst nog naar de volgende zaken:

  • Heb je voldoende kapitaal om een onderneming te starten?

    Volgens de Belastingdienst dien je over kapitaal te beschikken om te kunnen investeren in bijvoorbeeld reclame, inhuur van mensen en verzekeringen.

    Verder moet je voor continuïteit kunnen zorgen door het bedrijf in mindere tijden een tijdje draaiende te houden.

  • Hoeveel opdrachtgevers heb je?

    Je moet er naar streven om meerdere opdrachtgevers te hebben. Hierdoor verminder je de bedrijfsrisico’s en neemt jouw onafhankelijkheid en zelfstandigheid toe.

  • Promoot je jouw bedrijf?

    Een ondernemer moet zowel offline als online actief laten zien dat hij een bedrijf heeft en dient daarvoor promotie te maken. Dit kan bijvoorbeeld door reclame te maken, een eigen website of een logo.

  • Ben je aansprakelijk voor de schulden van jouw onderneming?

    Als je een eenmanszaak, maatschap of vof hebt, ben je hoofdelijk aansprakelijk voor de schulden en ben je ondernemer voor de inkomstenbelasting.

    Is jouw onderneming een rechtspersoon, zoals een bv of nv, dan ben je níet hoofdelijk aansprakelijk voor schulden.

    Je bent dan geen ondernemer voor de inkomstenbelasting, maar komt wel in aanmerking voor vennootschapsbelasting.

 

Image
whitepaper administratie cover
Ad­mi­ni­stra­tie op­zet­ten?

Speciaal voor starters: de basis in 5 minuten. Een overzicht van wat je nodig hebt om aan de slag te gaan met je boekhouding, inclusief tips.

Download gratis PDF

 

Doe de On­der­ne­mers­check

Op de webpagina van de Ondernemerscheck beantwoord je (anoniem) vragen om vast te stellen of jouw werkzaamheden passen in de voorwaarden die de overheid hieraan stelt.

Ondernemer: ja of nee? De Ondernemerscheck van de Belastingdienst geeft een indicatie van jouw fiscale ondernemersstatus.

Denk daarbij aan vragen als:

  1. Ga je starten met ondernemen of ben je al een tijdje bezig?
  2. Verkoop je goederen of diensten?
  3. Pleeg je acquisitie?
  4. Zijn de financiële gevolgen voor jou als je een wanprestatie levert?
  5. Word je doorbetaald bij ziekte?
  6. Is jouw enige opdrachtgever je laatste werkgever?
  7. Bepaal je zelf waar en wanneer jij de werkzaamheden uitvoert?

Vervolgens ontvang je per onderdeel een advies van de Belastingdienst over jouw status als ondernemer en zie je of (en zo ja, op welke gebieden) jij ‘in de gevarenzone’ verkeert.

Jaar­lijk­se On­der­ne­mers­check

Of je ondernemer bent voor de Belastingdienst kan per jaar verschillen. Door wisselingen in werkzaamheden, of bijvoorbeeld een grote interim-klus kan het zijn dat je aan sommige criteria niet meer voldoet. Doe daarom ieder jaar opnieuw de Ondernemerscheck om niet voor verrassingen te komen staan.

Met wel­ke be­las­tin­gen krijg je te ma­ken?

De meeste ondernemers krijgen te maken met omzetbelasting en inkomsten- of vennootschapsbelasting.

Hieronder volgt een overzicht van de drie belangrijkste belastingen waarmee je als ondernemer te maken kunt krijgen:

A. In­kom­sten­be­las­ting

De bronnen van inkomsten voor de aangifte inkomstenbelasting voor ondernemers zijn door de Belastingdienst in drie categorieën ingedeeld:

  1. Loon uit dienstbetrekking
  2. Resultaat uit overige werkzaamheden
  3. Winst uit onderneming

1. Loon uit dienst­be­trek­king

Als je verplicht bent om de instructies van een opdrachtgever op te volgen of als opdrachtgevers jou tijdens vakantie en ziekte doorbetalen, ben je een fictieve werknemer.

Er is dan volgens de Belastingdienst sprake van loon uit dienstbetrekking; jouw opdrachtgever moet dan loonheffingen betalen.

2. Re­sul­taat uit ove­ri­ge werk­zaam­he­den

Als jouw inkomsten níet onder loon uit dienstbetrekking of winst uit onderneming vallen, dan worden deze bedragen gerekend tot resultaat uit overige werkzaamheden. Je mag in dit geval geen gebruik maken van aftrekposten als de startersaftrek en zelfstandigenaftrek.

3. Winst uit on­der­ne­ming

Voldoe je aan de eisen en ben je ondernemer voor de inkomstenbelasting? Dan kun je jouw inkomsten beschouwen als winst uit onderneming. Bij de meeste ondernemers vallen de inkomsten in deze categorie.

Deze categorie kun je samenvatten als inkomen uit bijverdiensten.

B. Ven­noot­schaps­be­las­ting

Als natuurlijk persoon (eenmanszaak, vof etc.) betaal je belasting via de inkomstenbelasting, maar als rechtspersoon (bv, nv, stichting of vereniging) krijg je te maken met de vennootschapsbelasting.

C. Om­zet­be­las­ting (btw-aan­gif­te)

Omzetbelasting of de btw-aangifte is het bedrag aan belasting dat je rekent over aangeboden producten en diensten.

In veel gevallen is dat 21% bovenop het bedrag waarop je de goederen of diensten verkoopt, soms 9% en heel soms 0%.

Vrij­stel­ling van btw

Let op: in bepaalde gevallen zijn goederen of diensten vrijgesteld van btw. Dat kan ook gelden voor de ondernemer wanneer deze maar weinig (of helemaal geen) btw afdraagt.

Het 0%-tarief is niet hetzelfde als een vrijstelling van btw-verplichtingen. In Nederland zijn er beroepen in bepaalde branches of specifieke werkzaamheden die zijn vrijgesteld van omzetbelasting. Zo hoeven medisch specialisten geen btw af te dragen.

Datzelfde kan gelden voor de erkende kinderopvang, mensen in het onderwijs, uitvaartondernemers of freelance tekstschrijvers die strikt inhoudelijke bijdragen leveren aan een tijdschrift, website of een ander medium. Een volledig overzicht is bij de Belastingdienst te vinden.

Klei­ne­on­der­ne­mers­re­ge­ling

Als kleine ondernemer kun je belastingvoordeel halen als je in aanmerking komt voor de kleineondernemersregeling (KOR). Als je hieraan voldoet, krijg je btw-vrijstelling en vermeld je geen btw meer op je facturen. In sommige gevallen hoef je zelfs geen aangifte omzetbelasting meer te doen.

Re­gels KOR

  • Je bent ondernemer voor de btw. Je bent btw-ondernemer als je zelfstandig een beroep of bedrijf uitoefent
  • Je bedrijf is in Nederland gevestigd, of je hebt hier een vaste inrichting
  • Je hebt een maximale omzet van € 20.000 per kalenderjaar

Let op: je mag geen btw aftrekken als je gebruikmaakt van de nieuwe kleineondernemersregeling.

Btw-aan­gif­te

De meeste ondernemers moeten aangifte over de btw. Zodra je jouw onderneming hebt ingeschreven bij de Kamer van Koophandel, ontvang je een brief van de Belastingdienst waarin staat of, hoe en wanneer je btw-aangifte moet doen.

Vanaf 1 januari 2020 krijg je bij de inschrijving van je eenmanszaak in het Handelsregister van de KvK twee brieven met twee verschillende btw-nummers.

Om­zet­be­las­ting­num­mer

In één brief staat je omzetbelastingnummer (ob-nummer). Dit is het oude btw-nummer dat samenhangt met je burgerservicenummer.

Het ob-nummer gebruik je bij de communicatie met de Belastingdienst en dus ook voor je btw- en belastingaangifte.

Btw-iden­ti­fi­ca­tie­num­mer

In de tweede brief staat je btw-identificatienummer, dit nieuwe btw-nummer gebruik je op je facturen, offertes, de website en bij transacties binnen de EU.

Terug naar het overzicht